Ezechiël 11:15-20 BB
[15] "Mensenzoon, de bewoners in Jeruzalem zeggen van je volksgenoten, van je familieleden en ook van het hele koninkrijk Israël: 'Zij zijn ver weg, ver van de Heer. Maar dit land is van ons. Wíj blijven hier.' [16] Zeg nu: 'Dit zegt de Heer: Het is waar dat Ik jullie uit jullie land heb weggejaagd naar andere volken. Toch zal Ik daar ook een beetje bij jullie zijn. [17] Ik zal jullie ook weer uit die landen verzamelen. Ik zal jullie terugbrengen en het land Israël aan jullie teruggeven.' [18] Ze zullen daar terugkomen en al die afschuwelijke godenbeelden uit het land wegdoen. [19] Ik zal hun hart veranderen. Daardoor zullen ze Mij weer met hun hele hart willen dienen. Ik zal hun een nieuwe geest geven. Hun hart dat zo hard en zo koud is als steen, zal Ik uit hen weghalen. En Ik zal hun een warm, zacht hart geven. [20] Dan zullen ze met hun hele hart willen gehoorzamen aan mijn wetten en leefregels. Ze zullen mijn volk zijn en Ik zal hun God zijn.
Een hart van steen, ja daar moet ik dan wel beginnen. Want na de droom die ik had gehad in 2015, kwam ik die zondag erop in de kerk met mijn hart dat kapot gemaakt was, littekens die etterde en een snijdende pijn. Ik zat in de rijen en kon eigenlijk alleen nog huilen van de pijn in mijn hart. Ik kan dit ook niet vertellen zonder de pijn en verdriet nog te voelen dat ik daar als volledig gebroken, eenzaam, hopeloos en verloren zat. Al die jaren had ik gezocht naar liefde? leven? gat vervulling? Maar wat het daadwerkelijk dan betekende, liefde, leven en echt vervulling van het gat dat wist ik niet. Menig man en vrouw had mij zowel lichamelijk als psychische misbruikt, verlaten en afgedankt. Ik had inmiddels zelfs al ervaringen gehad met een loverboy, dus wie was ik nog? Of de dood of.... was er dan toch nog hoop voor leven? Was dit het keerpunt?
Op die zondag bleek dat er avondmaal gevierd werd, ik was al wat jaren niet aan het avondmaal geweest. Ik dacht wel, dit is het moment dat ik luister naar wat God tegen mij zei in mijn droom : Kom je bij Mij? Met spaghetti benen en tranen van pijn liep ik naar voren en deed mee, gelovend dat dit dan wel echt de laatste weg was die ik moest inslaan. Ik was in deze kerk voor het eerst, ik kende niemand. Maar toch riep Hij me om aan het avondmaal gaan, het is Zijn pure genade geweest op dat moment die mij riep. Zijn Zoon Jezus die me liet zien, Ik heb ALLES voor je gedragen, alles waar jij nu pijn over hebt. Jou gebroken kapot gemaakte hart, het etter dat eruit komt en de tranen van de pijn. Ik ving het allemaal op daar aan het kruis. Ik wil in jou hart komen wonen, zullen we samen de reis maken tot een nieuw leven?
Toen ik in deze dienst was, was er een vrouw die aan het zingen was. Steeds ervoer ik in mezelf dat ik contact moest leggen met haar, ik kon niet goed zeggen waarom, maar toch zorgde ik ervoor dat ik bij haar in de huiskring kwam. Zij gaf mij een sleutel die mijn leven nog verder veranderd heeft, hierover lees je volgende week meer.
Reactie plaatsen
Reacties